Redactie

Onlangs heb ik een artikel over Koopkrachtig Solidair Pensioen ingestuurd naar de redactie van De Actuaris, het verenigingsblad van het Actuarieel Genootschap. Lezers zijn mijn vakgenoten en dus mensen voor wie zaken als het Financieel ToetsingsKader (de oude rekenregels voor pensioenen) al jaren de basis vormen voor hun dagelijkse boterham. Mensen ook, die energie hebben gestoken in het steeds verder verfijnen van de techniek die volgt uit  het Financieel ToetsingsKader.
A priori mag ik van deze doelgroep dus wat weerwoord verwachten. En een kritische houding ten aanzien van de vaktechniek die ik gebruik.

Dat weerwoord en de kritische houding kwamen ook. Maar behalve tegengas ondervond ik ook interesse. De woordvoerder van de redactie vond het wel leuk om eens met iemand te praten met een heel andere mening. En gaandeweg de discussie veranderde de weerstand in begrip. Op het laatst heeft de woordvoerder van de redactie zelfs een paar zinnen aan mijn artikel aangepast om nog helderder duidelijk te maken wat mijn standpunt was.

Op vergelijkbare wijze wil ik ook De Nederlandsche Bank (DNB) mee krijgen in mijn verhaal. Ik wil aan de werkvloer van DNB een presentatie geven over de vaktechnische kanten van Koopkrachtig Solidair Pensioen. Ik verwacht, dat de natuurlijke houding van de gemiddelde DNB-er er één van weerstand zal zijn. Maar een echte DNB-er zal ook nieuwsgierig zijn naar hoe mijn verhaal nu precies in elkaar zit. En met die nieuwsgierigheid als kapstok verwacht ik de nodige DNB-ers mee te kunnen krijgen. En dan zal mijn verhaal als vanzelf een weg naar boven vinden.

Op deze manier verwacht ik DNB uiteindelijk achter Koopkrachtig Solidair Pensioen te krijgen. En met DNB zal een belangrijk deel van de politiek en van de pensioenindustrie volgen.

Nieuwsbrief 2024 – 10 10 maart 2024