vrijdag 21 maart 2025 | Artikelen nieuwsbrief

Waar zijn de miljarden gebleven?

Onder de Wet toekomst pensioenen zijn er € 1.500 miljard te verdelen. Als u dit leest zijn het er inmiddels misschien € 1.400 miljard of € 1.600 miljard. Een paar jaar geleden waren het nog € 1.800 miljard. Waar zijn al die miljarden gebleven?

Natuurlijk is er geld gegaan naar waar het voor bedoeld is: de uitkering van pensioenen. Maar daar staan weer nieuwe premies tegenover, dus dat is niet de verklaring. Althans, niet op nationaal niveau. Bij uw fonds kan dat anders liggen.

Er zijn grofweg drie verklaringen waarom die grote pot is geslonken.

  1. Verlies op aandelen.
    Aandelen zijn een onzekere belegging. Op lange termijn maken ze een hoger rendement dan andere beleggingen, maar ze kunnen ook een klapper naar beneden maken. Dit gebeurde in 2020 en 2022. Anno 2025 is dit niet echt een verklaring, maar het kan straks zo maar gebeuren.
    Voor wie de dekkingsgraad van zijn fonds van maand tot maand bestudeert kan zo’n verlies er pijnlijk uitzien, maar op lange termijn zijn deze verliezen niet iets om van wakker te liggen.

  2. Verlies op obligaties.
    Stel u hebt een obligatie van € 1.000 die 2% rente betaalt. Dan krijgt u elk jaar € 20 aan rente uitbetaald. Stel dat de overheid nieuwe obligaties uitgeeft die 3% rente betaalt. Op zo’n moment raakt u uw bestaande 2% obligatie aan de straatstenen niet meer kwijt, tenzij u hem verkoopt voor minder dan € 1.000. Die obligatie is door de hogere nieuwe rente in waarde gedaald. Dit is een deel van de verklaring van de beleggingsverliezen. De rente is in 2022 flink gestegen. Daarna is hij wel weer wat gedaald, maar die daling valt in het niet bij de stijging uit 2022.
    Het is echter alleen een boekhoudkundig verlies. Als u uw obligatie verkoopt, dan krijgt u er minder voor dan eerst, maar als u de obligatie niet verkoopt en gewoon elk jaar rente vangt en aan het eind de aflossing, dan merkt u niets van die waardedaling. U krijgt dezelfde rente en aflossing als anders.
    Voor pensioenfondsen geldt iets dergelijks. Zij hebben verplichtingen die over het algemeen verder weg liggen dan de aflosdatum van de obligaties. Ze hoeven die dus helemaal niet te verkopen. Vaak verkopen ze die toch, maar dan kopen ze er andere obligaties voor terug die  om dezelfde reden extra goedkoop zijn.

  3. Verlies op derivaten.
    De derde verklaring is ernstiger. De waardering van de pensioenverplichtingen gebeurt tegen de veel besproken risicovrije rekenrente. Die is grofweg afgeleid van de obligatierentes en gaat dus met die rente op en neer. Daarmee gaat ook de waarde van de verplichtingen op en neer, waar winsten en verliezen mee ontstaan. Dat zijn echter boekhoudkundige winsten en verliezen, net andersom als bij de obligaties hiervoor.
    Met die boekhoudkundige winsten en verliezen zwiept de dekkingsgraad van fondsen heen en weer en dat wil men niet. Daarom sluiten veel fondsen derivatencontracten af. Dit zijn contracten met bijvoorbeeld een bank, waarbij de wederpartij een bedrag betaalt of ontvangt waarmee (een deel van) die winsten en verliezen worden opgeheven.
    Het probleem hierbij is, dat boekhoudkundige winsten en verliezen worden gecompenseerd met echte verliezen en winsten. Het verschil tussen boekhoudkundige en echte winsten en verliezen is, dat boekhoudkundige winsten en verliezen vanzelf weer verdwijnen als je wat langer wacht, terwijl de echte winsten en verliezen dat niet doen.
    Fondsen hebben op deze manier de laatste tijd veel geld verloren aan echte verliezen op derivaten, terwijl de boekhoudkundige winsten en verliezen in de jaren daarna vanzelf in rook opgingen.

Bij Koopkrachtig Solidair pensioen werken we met een realistischer rekenrente, waardoor het beleggen in derivaten niet of nauwelijks meer nodig is. fondsen kunnen daarmee heel wat geld besparen.
 

Nieuwsbrief 2025 – 12 23 maart 2025

Woordenlijst

ROL is een innovatieve manier van pensioen-rekenen. Waar de politieke discussie gaat over òf-òf-vragen, realiseert de ROL èn-èn.

  • Èn nominale zekerheid (geen kortingen van pensioenen meer);
  • Èn snellere indexatie voor ouderen (aanpassen van pensioen aan gestegen prijzen), sneller nog dan het pensioenakkoord;
  • Èn pensioenzekerheid voor jongeren;
  • Èn grote kans op een volledig geïndexeerd pensioen voor jongeren;
  • Èn stabiele premies op ongeveer het huidige niveau.

Dit is niet te mooi om waar te zijn. Dit is slimmer rekenen. Actuaris Arno Eijgenraam kan politieke discussies overbodig maken door al deze doelstellingen tegelijk te realiseren.

Gerelateerde berichten

Twee zetels 50 PLUS

Laten we eerlijk zijn. Pensioen is geen heet onderwerp geweest in de afgelopen verkiezingscampagne. Waar in de vorige campagne partijen hevig stelling namen, was het nu oorverdovend stil als het gaat om pensioenen. Toch wist een partij die we in de campagne nauwelijks...

Lees meer

Spreiding van resultaten

Om reëel uitzicht te hebben op een koopkrachtig pensioen moet er voldoende in aandelen worden belegd. Maar beleggen in aandelen brengt risico’s met zich mee. In 2008 is de AEX met 52% gedaald en je wilt niet dat dit ook met je pensioen gebeurt. En dus worden er...

Lees meer